Ze komen op de meest onverwachte momenten naar boven drijven. Als een vloedgolf die amper nog te stoppen is. De ene keer geef ik ze vrij spel, de andere keer doe ik dapper mijn best om ze tegen te houden. Wat natuurlijk nooit lukt…
Ze zijn er als ik mijn zoon naar school breng en nog even door het raam gluur. Als ik dan dat trotse kereltje zie, dat met zijn handjes een hartje voor me maakt, rukt het tranenleger onverbiddelijk op. Of als ik met mijn twee mannen op pad ben en we genieten van een hapje en een drankje, terwijl we alle drie ontzettend genieten. Hoppakee, daar zijn ze weer.
In de afgelopen weken heb ik twee van mijn lieve vriendinnen gevraagd om getuige te zijn op ons huwelijk. Ik had vooraf al wel verwacht dat het niet droog zou blijven. Buiten scheen de zon, maar ondertussen vloeiden de tranen rijkelijk. Dikke, vette gelukstranen. En iedere keer daarna als ik iemand vol trots vertelde dat deze twee schatjes mijn getuige worden, beginnen ze weer op te wellen.
Ik heb ze ook als ik naar de radio luister, in de auto bijvoorbeeld. Met grote regelmaat komen mooie, bijzondere of ontroerende verhalen voorbij. Ik voel ze dan als een golf omhoog stoten, want ik voel dan het geluk van die ander. Die ander die ik helemaal niet ken. Nog zoiets: filmpjes van huwelijksaanzoeken. Gooi die sluizen maar open, want ik jank er zo een paar liter uit.
Gelukstranen zijn voor mij de manier om even écht te voelen. Om te weten wat mij raakt. Ik heb ze bijna elke dag wel, soms is het er eentje, de andere keer kun je er een goede wijnfles mee vullen, of stromen ze juist harder naarmate de wijnfles op tafel leger wordt. Ik koester ze en geniet ervan, want deze tranen laten mij inzien hoe dankbaar ik mag zijn. Dankbaar voor mijn mooie gezin. Dankbaar voor de onvoorwaardelijke vriendschappen waarmee ik me mag omringen. Dankbaar voor de vrijheid waar ik zo van geniet.
Terwijl ik hier mijn dankbaarheid in woorden probeer te vangen, dwaal ik af met mijn gedachten. Ik denk aan alle fijne momenten die ik de afgelopen tijd heb meegemaakt. Ik denk aan de dappere sprong in het diepe die ik dit jaar maakte. Ik denk aan de kracht en energie die ik kwijt was en zelf weer terugvond. En voor ik er erg in heb drupt er weer eentje op mijn bureau. En nog een. Ik veeg ze weg, haal eens diep adem en zeg hardop in het luchtledige: ‘Dankjewel.’
Lieve gelukstranen, wat fijn dat jullie er zijn en me laten voelen dat ik leef. ♥
Berichten met een * in de titel bevatten commerciële content.
1 Reactie
Wat mooi! Ik heb (bijna) nooit tranen van geluk en ik denk dat dat voor heel veel mensen geldt.